ANALYSE – Het is een bittere pil voor Lodewijk Asscher. Zijn eerste verkiezingen als PvdA-leider gaan de boeken in als de grootste nederlaag ooit in de parlementaire geschiedenis.
Inmiddels is ruim 95 procent van de stemmen geteld. Het lijkt er op dat de Partij van de Arbeid teruggaat van 38 naar 9 zetels.
Een verlies van 29 zetels is nog niet eerder voorgekomen bij de landelijke verkiezingen. De PvdA had al het record met een verlies van 22 zetels bij de verkiezingen in 2002.
Partijprominenten steken hun teleurstelling niet onder stoelen of banken. “Alle sociaaldemocraten hebben vanavond een kras op hun ziel gekregen”, aldus Sharon Dijksma, demissionair staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu.
Minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem sprak van “een ellendige avond”. “De kiezer heeft altijd gelijk, zeggen ze, maar het voelt niet altijd rechtvaardig. Dit is zo’n moment.”
Partijvoorzitter Hans Spekman, die de leiding had over de campagne, was eveneens ontgoocheld. "Het is ons blijkbaar niet gelukt om de resultaten die we hebben behaald te laten voelen in het land."
Regeren met de VVD
De kiezer straft de PvdA af voor vier jaar regeren met de VVD. Na de verkiezingen van 2012 sloten beide partijen elkaar in de armen, na een hevige campagnestrijd tussen Mark Rutte en Diederik Samsom.
Daarbij werden geen waterige compromissen gesloten, maar onderwerpen uitgeruild. De PvdA kreeg de hypotheekrenteaftrek, een kinderpardon en inkomensnivellering, de VVD een hervorming van de arbeidsmarkt, een streng immigratiebeleid en bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking.
Maar aan uitruilen kleven risico's. Zo verdween de inkomensafhankelijke zorgpremie al snel van tafel na gemor uit de VVD-achterban. Het linkse gezicht van de PvdA sneeuwde onder tijdens het kabinet-Rutte-Asscher. En daar betaalt de arbeiderspartij nu de prijs voor.
"Onze partij heeft de afgelopen jaren samen met de VVD het land op een fatsoenlijke en rechtvaardige manier uit de crisis geleid", aldus Asscher in een eerste reactie. "Toch zijn we er helaas niet in geslaagd om met onze resultaten uit het kabinet en onze plannen voor de komende vier jaar onze kiezers te overtuigen."
Buma als voorbeeld
Wellicht dat Asscher zich kan troosten door naar het CDA te kijken. Die partij leed in 2012 eveneens een forse nederlaag onder nieuwbakken leider Sybrand Buma na een ongelukkige regeerperiode met de VVD.
Het minderheidskabinet van VVD en CDA sneuvelde toen gedoogpartner PVV de stekker eruit trok. De christendemocraten werden veroordeeld tot de oppositiebanken met 13 zetels, ongekend laag voor de partij die het pluche gewend is.
Dat gaf Buma de gelegenheid om in de luwte de partij, die na negen jaar Jan Peter Balkenende op zoek was naar een nieuw verhaal, te heroriënteren. Hij voerde vier jaar lang stevig oppositie, dook niet in de achterkamertjes met premier Rutte en bouwde de fractie opnieuw op met jonge, frisse gezichten.
Anno 2017 staat er weer een herkenbare partij. Niet voor niets doken er voor de verkiezingen geluiden op over premier Buma.
PvdA opnieuw opbouwen
Asscher staat nu voor dezelfde taak als Buma in 2012. De kans dat de PvdA gaat regeren is klein. "Het lijkt mij heel logisch dat niet naar mij wordt gekeken om in een regering te gaan", zei hij in een debat met andere lijsttrekkers bij de NOS.
En wellicht is het beter als de partij de verantwoordelijkheid nu eens niet neemt. In de oppositie kan Asscher bouwen aan een nieuw fundament. Hij lijkt in ieder geval strijdvaardig.
"Mijn vertrouwen in onze idealen, onze visie voor Nederland, is ongebroken", zei hij op de verkiezingsbijeenkomst van de partij in Amsterdam. "De sociaaldemocratie zal terugkomen. Het bouwen begint vandaag."